navigatie overslaan

Dankzij de Monitor Bezoekersstromen kunnen we voorspellingen doen van bezoekersaantallen en – gedrag. Op basis daarvan kunnen regio’s, marketeers en ondernemers al dan niet maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat bezoekers voldoende verspreid worden over een gebied of in de tijd. Wanneer er te veel mensen op hetzelfde moment op één plek zijn, kunnen ondernemers dit niet aan, kan dit voor overlast zorgen in de natuur en beïnvloedt dit ook de ervaring van de bezoekers zelf. Maar wat is ‘te veel’? Wanneer spreken we van drukte en wanneer van overdrukte in een bepaald gebied?

Verschillende definities van drukte

De afgelopen tijd is het drukker geworden in recreatiegebieden en in de toeristische sector. Nederlanders kiezen vaker voor een uitje in eigen land, waaronder Overijssel. Voor ondernemers is dat fijn, zeker nu ze zo’n harde klap hebben gehad tijdens de lockdowns. Voor sommige landeigenaren kan het toenemende aantal mensen dat op hun land komt daarentegen als onprettig worden ervaren en ziet een boswachter de gevaren voor de natuur. Dat er meer bezoekers zijn dan eerst, dat is evident. Dankzij sensoren en tellers weten we, objectief, dat er meer bezoekers zijn dan bijvoorbeeld voor de coronapandemie.

Maar betekent dat ook dat het té druk is? Dat is niet zomaar objectief te beantwoorden. Iedereen zal dit immers op zijn eigen manier ervaren, denk aan de ondernemer, de landeigenaar en de boswachter. Zo zullen ook bewoners van een gebied dit weer anders ervaren dan bezoekers en storen plezierzoekers zich minder aan het aantal mensen dan rustzoekers (dit zijn twee voorbeelden van de zeven leefstijlen van de Leefstijlvinder Vakantie en Vrije Tijd).

Ook kan drukte op verschillende momenten, in verschillende situaties, anders overkomen. Zo was het op eerste Pinksterdag 2020 net zo druk als op tweede Pinksterdag. Dat weten we dankzij tellingen. Toch werd eerste Pinksterdag door veel mensen als veel drukker ervaren. De oorzaak: pas op tweede Pinksterdag gingen de terrassen weer open. Bezoekers konden zich daardoor veel beter over het gebied verspreiden.

Druk of drukker?

Om een zo objectief mogelijk oordeel te kunnen geven van drukte, kun je monitoren. Wat de resultaten in ieder geval duidelijk kunnen maken is of de drukte toeneemt. Waren er in 2020 op een bepaalde plek nog gemiddeld een X aantal bezoekers en is dit nu in 2022 meer geworden? Dan kun je simpelweg stellen dat het drukker is geworden. Om te kunnen bepalen of dat té druk is, moet je met meerdere indicatoren gaan werken. Behalve dat je weet hoeveel mensen er zijn, kun je onder andere de volgende vragen stellen: Wat is de doelgroep? Kan het gebied het aan? Is het altijd ‘druk’ of alleen op bepaalde momenten?

En één van de belangrijkste vragen: Moet het aantal bezoekers echt afnemen, of zijn er andere oplossingen?

Toen een aantal jaren geleden de vliegbasis Twente werd opengesteld voor publiek, kwamen daar veel bezoekers op af. De smalle fietspaden liepen vol en mensen fietsten in files achter elkaar. Er was nauwelijks ruimte om elkaar te passeren. In dit geval zou iedereen spreken van drukte. Eén van de mogelijke oplossingen is om te trachten de bezoekers meer te spreiden. Maar je kunt bijvoorbeeld ook werken aan het verbeteren van de toegangswegen en fietspaden verbreden. De vliegbasis blijft immers een populaire bestemming, hoewel de piek aan bezoekers inmiddels wel wat is afgenomen.

Een ander voorbeeld zijn de mountainbike routes bij de Sallandse Heuvelrug. Ook daar was objectief te spreken van drukte: door de hoeveelheid mountainbikers ontstond er slijtage aan de paden. Wel was er duidelijk sprake van pieken in het aantal bezoekers, op bepaalde momenten was het drukker dan op andere momenten. Om de omliggende natuur zo veel mogelijk intact te houden kun je er dan voor kiezen om te proberen bezoekers te verleiden om op andere momenten te komen of over het gebied te spreiden door bijvoorbeeld andere mountainbikeroutes onder de aandacht te brengen of informatie te bieden over de verwachte drukte op verschillende momenten.

Drukte meten met de Monitor Bezoekersstromen

En dat voorspellen van bezoekersgedrag en -aantallen, dat kan dankzij de Monitor Bezoekersstromen. Door middel van verschillende databronnen en meetinstrumenten wordt historisch en huidig gedrag in kaart gebracht. Zo worden er telsensoren geplaatst, kun je het aantal downloads van een bepaalde route in de gaten houden of observaties doen. Hoe dat verzamelen van data in zijn werk gaat, lees je hier.

Puur cijfers zeggen echter weinig. Deze moet je altijd zien in het grote geheel en je moet nagaan wat de risico’s zijn. Zo kun je betekenis geven aan tellingen door daar ervaringen van bezoekers en bewoners en het deskundig oordeel van bijvoorbeeld een boswachter naast te leggen. Deze kan immers goede informatie geven over het gebied en of dat het aantal bezoekers aankan. Ook vergelijken we de cijfers met andere dagen. Is er sprake van een uitschieter of is het doorgaans druk?

Dankzij de data, de betekenisgeving en voorspellingen kunnen maatregelen genomen worden, zoals in gebiedsmanagement, verbeteringen in de customer journey en het inzetten van dynamische content.